Nokia D211 - Geavanceerde GSM-instellingen (tabblad GSM)

background image

Geavanceerde GSM-instellingen (tabblad GSM)

Enkele geavanceerde GSM-instellingen zijn netwerkdiensten: voordat u deze

services kunt gebruiken, moet u zich eerst op de services abonneren bij de

serviceprovider of netwerkexploitant en gebruiksinstructies ophalen.
Als u deze instellingen wilt gebruiken, kiest u de pagina

Instellingen en het

tabblad

GSM. Klik op Geavanceerde instellingen.

background image

Functies van de Nokia D211

36

© Nokia Corporation 2004. Alle rechten voorbehouden.

Doorschakelen

Doorschakelen is een netwerkdienst waarmee u inkomende gespreks-, data- en

faxoproepen kunt doorschakelen naar bijvoorbeeld uw voicemailbox.

Doorschakelen inschakelen:
1
Selecteer op de pagina Instellingen het tabblad GSM en klik op Geavanceerde

instellingen.

2 Het dialoogvenster Geavanceerde GSM-instellingen wordt geopend.

Selecteer het tabblad

Doorschakelen.

3 In de lijst Type oproep kiest u het type oproep dat u wilt doorschakelen

(gesprekken, gegevens of faxen).

4 Klik op Status controleren om te controleren of het doorschakelen is

geactiveerd. Als u doorschakelen wilt inschakelen, klikt u op

Wijzigen.

5 Geef op waarnaar u de binnenkomende oproepen wilt doorschakelen en typ

het telefoonnummer. Klik op

OK.

6 Klik op OK om de instellingen toe te passen en het dialoogvenster te sluiten.

Als u alle actieve doorschakelingen in één keer wilt annuleren, klikt u op

Alle

doorschakelingen annuleren.
Als u slechts één type doorschakeling wilt annuleren, klikt u op

Wijzigen en

selecteert u

Uitschakelen in de lijst Doorschakelen naar.

Opmerking: Controleer of u GSM of GPRS hebt geselecteerd als

verbindingstype als u gesprekken wilt doorschakelen of als u de status wilt

controleren. Als u verbinding hebt met WLAN, kunt u deze instellingen niet

configureren.

Oproepen blokkeren

Oproepen blokkeren is een netwerkdienst waarmee u inkomende en uitgaande

oproepen kunt blokkeren, zodat er geen oproepen kunnen worden ontvangen of

geplaatst.
Om de functie voor het blokkeren van oproepen te activeren of de instellingen te

wijzigen, hebt u een wachtwoord nodig. Vraag uw serviceprovider of

netwerkexploitant om dit wachtwoord. Zie “Toegangscodes wijzigen” op

pagina 39 voor informatie over het wijzigen van het wachtwoord voor het

blokkeren van oproepen.

Opties voor het blokkeren van oproepen instellen:
1
Selecteer op de pagina Instellingen het tabblad GSM en klik op Geavanceerde

instellingen.

2 Het dialoogvenster Geavanceerde GSM-instellingen wordt geopend.

Selecteer het tabblad

Oproepen blokkeren.

3 In de lijst Type oproep kiest u het type oproep dat u wilt blokkeren

(telefoongesprekken, gegevens, faxen of berichten).

background image

Functies van de Nokia D211

37

© Nokia Corporation 2004. Alle rechten voorbehouden.

4 Klik op Status controleren om bij het netwerk de status van het blokkeren van

oproepen op te vragen. Als u een blokkeerinstelling wilt inschakelen, klikt u op

Activeren.

5 Voer het wachtwoord voor het blokkeren van oproepen in en klik op OK.
6 Klik op OK om de instellingen toe te passen en het dialoogvenster te sluiten.

Als u alle geblokkeerde gesprekken wilt opheffen, klikt u op

Alle blokkades

annuleren. Als u slechts één type blokkade wilt uitschakelen, klikt u op

Uitschakelen.

Opmerking: Controleer of u GSM of GPRS hebt geselecteerd als

verbindingstype als u de opties voor het blokkeren van oproepen wilt

instellen of als u de status wilt controleren. Als u verbinding hebt met WLAN,

kunt u deze instellingen niet configureren.

Berichten

Met de Nokia D211 kunt u tekst- en afbeeldingberichten verzenden en ontvangen.

Zie “Nokia Short Messaging” op pagina 48 voor meer informatie.
Wijzigingen die u aanbrengt in de berichtinstellingen hebben gevolg voor de

manier waarop berichten worden verzonden en ontvangen. De beschikbaarheid

van bepaalde instellingen is afhankelijk van de serviceprovider of

netwerkexploitant.

Gebruikte SMS-toepassing
Selecteer de SMS-toepassing (Short Message Service) die u wilt gebruiken voor

het verzenden en ontvangen van berichten. De Nokia D211 bevat de toepassing

Nokia Short Messaging.

Nummer van berichtencentrale
U hebt het nummer van de berichtencentrale nodig om berichten te kunnen

verzenden. U krijgt het nummer van de serviceprovider of netwerkexploitant.

Berichten verzonden als
Tekst- en afbeeldingberichten worden normaal gesproken in tekstformaat

verzonden, maar ze kunnen ook worden omgezet in een ander formaat (e-mail,

fax, oproepen). De ontvanger kan een omgezet bericht alleen ontvangen als hij

beschikt over een daarvoor geschikt apparaat en als het netwerk deze functie

ondersteunt.

Geldigheid van berichten
Als de ontvanger van een bericht niet binnen de ingestelde geldigheidsperiode kan

worden bereikt, wordt het bericht verwijderd uit de berichtencentrale. Als u

Maximaal selecteert, wordt de geldigheidsperiode ingesteld op de maximale tijd

die op het netwerk wordt toegestaan.

Antwoord via zelfde berichtencentrale
Schakel dit selectievakje in als het netwerk het antwoord op uw bericht via uw

eigen berichtencentrale moet verzenden.

background image

Functies van de Nokia D211

38

© Nokia Corporation 2004. Alle rechten voorbehouden.

Afleverrapporten
Schakel dit selectievakje in als u afleverrapporten wilt ontvangen voor de

berichten die u hebt verzonden.

Lange berichten verzenden
Als het selectievakje

Lange berichten verzenden is ingeschakeld, worden

berichten die langer zijn dan 160 tekens als aaneengekoppelde berichten

verzonden.. Een aaneengekoppeld bericht wordt als één lang bericht ontvangen

als het apparaat van de ontvanger die functie ondersteunt. Als deze optie niet

wordt geselecteerd, worden berichten die langer zijn dan 160 tekens verzonden

als meerdere normale tekstberichten.

Start SMS-toepassing wanneer bericht wordt ontvangen
Schakel dit selectievakje in als de SMS-toepassing, bijvoorbeeld Nokia Short

Messaging, automatisch moet worden geopend als u een tekstbericht hebt

ontvangen.

Gebruik GPRS als primaire SMS-server
U kunt ervoor kiezen berichten indien mogelijk met GPRS-pakketgegevens

te verzenden.

Geluiden

Als u een meldtoon wilt krijgen bij een binnenkomend gesprek of bericht, schakelt

u het selectievakje

Waarschuwing bij inkomende gesprekken en berichten in.

Typ de naam van het wav-bestand in het betreffende tekstvak of klik op de knop

Bladeren en selecteer het bestand dat u wilt gebruiken.
U kunt een voorbeeld van het geselecteerde wav-bestand beluisteren door op de

pijltoets te klikken.